Hoefbevangenheid in de zomer op een leeggegeten, uitgedroogd weiland? Dat kan toch niet kloppen?
Zodra een groot deel van het verse gras is weggevreten, zetten veel staleigenaren de paarden met een gevoelige stofwisseling en verhoogd risico op hoefbevangenheid in de wei omdat “er dan niets meer over is dat hoefbevangenheid kan veroorzaken”.
Het idee hierachter is begrijpelijk: de eerste voorjaarsgroei is zeer voedzaam en in veel gevallen absoluut niet aan te raden voor paarden die makkelijk aankomen, vooral degenen met een geschiedenis van hoefbevangenheid. Wat echter vaak vergeten wordt, is dat afgeknabbelde weilanden niet noodzakelijkerwijs minder gevaarlijk zijn.
Normaal gesproken eten paarden het gras alleen tot ongeveer 10-12 cm boven de grond. De rest laten ze staan en gaan verder – natuurlijk alleen als ze verder kunnen en een omheining ze niet tegenhoudt.
Overbegraasde weilanden houden gevaren in
Als de paarden geen alternatieve voedselbron hebben, zullen ze het gras opeten tot er niets meer over is in de wei, wat ze van nature nooit zouden doen. Dit instinct om het gras niet tot de wortels op te eten is eigenlijk heel gezond.
Dit komt omdat het suikergehalte onevenredig toeneemt in de onderste 10 cm van het gras. Net als het gehalte aan endofyten – die giftig zijn voor paarden en als symbiont in het gras leven. Als je een oppervlakte met magere grassen en kruiden hebt, is dit niet zo problematisch, omdat de totale hoeveelheid suiker en endofyten per plant relatief laag is.
Maar hoe vaker je je weiden tot de graszode laat wegvreten, hoe meer je de gevoelige en minder stressbestendige magere grassen en kruiden verdringt. Die zullen volgend jaar niet terugkomen.
Wat zich op deze oppervlakten verspreidt zijn stressbestendige prestatiegrassen, ook bekend als suikerrijke grassen, waarvan de zaden door de wind, vogels en wild uit naburige prestatieweiden worden meegedragen en vervolgens worden verspreid.
En dat is nu precies het probleem: als deze grassen nu onder stress komen te staan ( tot op de graszode afgeknaagd, droogte, waterverzadiging, vertrapping door paardenhoeven op de afgeknaagde delen), nemen de toch al hoge suiker-, fructaan- en endofyteniveaus in deze grassen buitensporig toe.
Dan zijn zelfs kleine hoeveelheden van deze grassen, die het paard afknabbelt, genoeg om een verstoorde stofwisseling op het verkeerde spoor te zetten en hoefbevangenheid te veroorzaken.
Daarom geldt het volgende voor alle paarden, maar vooral voor paarden met een gevoelige stofwisseling: haal ze van de leggevreten weiden.
Dit is niet goed voor het paard en ook niet voor de ecosystemen van de weide. Als je alleen maar kleine weides beschikbaar hebt, is het beter om de paarden elke dag maar korte periodes buiten te laten, eventueel met een grasmasker, en vaak de weides te wisselen.
Zelfs als onze ogen denken dat er nog veel gras in de wei staat, is het beter om iets eerder te wisselen en het perceel een pauze te geven.
Weidebeheer en bodemverzorging
Door de juiste bodemverzorging, regelmatig opnieuw inzaaien van magere grassoorten en af en toe een rustjaar waarin het perceel wordt gebruikt voor de productie van hooi of vers gras in plaats van als weiland, kunnen de stukken weiland weer “ontslakken” en “ontstressen” en kan de vegetatie in het algemeen paardvriendelijker worden gemaakt.
Natuurlijk is weidegang onvervangbaar voor de psyche van paarden en gras is eigenlijk fantastisch als het gaat om de toevoer van voedingsstoffen. Maar het helpt niet als de weiden de paarden ziek maken door overbegrazing en verkeerde vegetatie.
Dan is het beter om ze in de uitloop te laten staan met goed hooi, met takken en twijgen van niet-giftige bomen en struiken om aan te knabbelen en misschien wat groen van de wei te snijden en in de voerbak te doen als vers voer. Dit is gemakkelijker te doseren dan de voeropname in de wei.
Als er al hoefbevangenheid is ontstaan, moet de dierenarts onmiddellijk worden geraadpleegd, want het is en blijft een potentieel dodelijke ziekte.
Aanvullende maatregelen in geval van ziekte
Tegelijkertijd kun je direct OKAPI HoofCool forte voeren, dat speciaal is ontwikkeld ter ondersteuning van acute hoefbevangenheid. Het koelen van hoeven in de eerste 48 uur is een verstandige en snelle manier om de pijn te verminderen, of dit nu met een waterslang is, door het paard in een beekje te zetten of met emmers ijswater.
Controleer tijdens het koelen met ijs of icepacks de temperatuur met korte tussenpozen om schade door kou te voorkomen. Bloedzuigers zijn ook effectief gebleken omdat ze de druk van het hoefkapsel lijken te halen en de pijn plaatselijk verlichten.
Er is vast wel een diergeneeskundige therapeut in de buurt die de behandeling met bloedzuigers aanbiedt en altijd een paar van die glibberige hulpjes in huis heeft en in geval van nood meteen kan langskomen.
Acupunctuur kan ook snelle verlichting en pijnstilling geven, net als acupressuurmassage of shiatsu. Zet dikke hoefbevangen paarden alsjeblieft niet op een radicaal dieet om af te vallen, want dit kan leiden tot fatale hyperlipidemie bij paarden vanwege hun speciale vetmetabolisme.
Paarden met acute hoefbevangenheid kunnen en moeten hooi krijgen (1,5-2 kg hooi per 100 kg lichaamsgewicht, verdeeld over 24 uur, eventueel gemengd met stro en/of in een hooinet), een liksteen en water.
Om het nieuw gevormde hoefhoorn te stabiliseren kunnen OKAPI Zinkchelaat Plus en OKAPI MSM gevoerd worden; je kunt het door een handvol geweekte hooibrok mengen. Alle andere voedingsmiddelen moeten kritisch worden bekeken.
Diagnostiek onmisbaar
Paarden die risico lopen op hoefbevangenheid moeten natuurlijk parallel met acute therapie en optimalisatie van de voeding gediagnosticeerd worden om te achterhalen waarom de paarden een zo gevoelige stofwisseling hebben dat ze sneller dan anderen met dergelijke symptomen reageren op voeding die niet helemaal geschikt is voor de soort. Dit is vaak de oorzaak:
• een niet herkende insulineresistentie (hoewel er helaas vaak fouten worden gemaakt tijdens de diagnose, wat resulteert in een vals-negatief resultaat, d.w.z. de insulineresistentie blijft “verborgen” ondanks de vermeende bloedtest), wat dan een fataal effect kan hebben in combinatie met hoge suikerspiegels in het gras (prestatiegrassen / suikerrijke grassen, gestresst gras).
• Dysbiose (verkeerde fermentatie) in de dikke darm, wat samen met hoge fructaangehaltes (zonnige dagen + koude nachten, gestresst gras, prestatiegrassen) kan leiden tot plotselinge pH-dalingen in de dikke darm, wat endotoxine-laminitis kan veroorzaken.
• Stoornissen in de ontgiftingsbalans, als gevolg van suboptimale biotransformatie in de lever (cryptopyrrolurie, KPU) of subklinische nierinsufficiëntie, die vaak gepaard gaat met langdurige insulineresistentie.
• of een combinatie van deze factoren.
Het is daarom aan te raden om niet alleen het voer en de verzorging van zulke paarden symptomatisch aan te pakken, zodat hoefbevangenheid niet kan worden uitgelokt (blijf dus van de aangeknaagde weides af!), maar ook diagnostisch te kijken naar de oorzaak of oorzaken van de hoefbevangenheid en daar gerichte therapeutische actie te ondernemen.
Als de stofwisseling weer goed werkt en de weiden worden verzorgd op een manier die bij het paard past, dan kunnen zulke paarden na een succesvolle behandeling van de oorzaken vaak weer de wei in (gedoseerd en eventueel met een grasmasker), als wellness-programma voor de psyche.
- West-Nijlvirus bij paarden - 10. september 2024
- Helpt knoflook tegen insecten bij paarden? - 29. juni 2024
- Te veel ijzer in het voer – de reden voor slecht hoefhoorn? - 25. mei 2024