Leestijd 5 minuten  


Veel paardeneigenaren hebben al de vervelende situatie meegemaakt dat hun paard een onverwachte pees- of ligamentblessure opliep. Er zijn verschillende therapeutische benaderingen beschikbaar, variërend van stalrust tot stamceltherapie.

Vaak is deze blessure het begin van een “kreupelheidscarrière”, waarbij de pees- of ligamentstructuren van het ene of het andere been herhaaldelijk worden aangetast. Naast het behandelen van de acute schade is het essentieel om de mogelijke oorzaken te onderzoeken.

Pezen en banden zijn verbonden met de lever

De Chinese geneeskunde leert ons dat pezen en banden nauw verbonden zijn met de leverstofwisseling. Veel paarden met dergelijke letsels vertonen vaak vroege tekenen van leverproblemen, zoals witte haartjes, oogproblemen, verticale strepen in de vacht van ongeveer 2 cm breed, bruine verkleuring van de zwarte langhaar of zwarte vacht, donkere vlekken in een verder lichtbruine vacht, enz. Voskleurige, palomino en vosbonte paarden zijn bijzonder vatbaar, omdat hun kleurgenetica hen gevoelig lijkt te maken voor leverproblemen.

De lever is het belangrijkste “scheikundelaboratorium” van het lichaam en is betrokken bij talloze stofwisselingsprocessen. De taken variëren van het verwerken van ingenomen suikers tot het ontgiften van afvalstoffen. Vooral het ontgiftingsproces speelt een belangrijke rol in de gezondheid van pezen en banden.

Als de lever afvalproducten niet adequaat kan metaboliseren voor uitscheiding door de nieren, kan dit leiden tot afzettingen in bindweefselstructuren, waaronder pezen en ligamenten.

Sluipende progressie komt in gang

Dit houdt in dat kleine verwondingen (microfissuren), die dagelijks voorkomen in pees- en ligamentweefsel, vooral in de benen, niet snel genoeg gerepareerd kunnen worden, vooral tijdens beweging.

Elke dag ontstaan er nieuwe beschadigingen en de pees wordt steeds “dunner”, zoals de hiel van een oude sok. Met zo’n uitgedunde pees kan zelfs een lichte extra belasting, zoals struikelen of een draaiende beweging op het been, resulteren in het scheuren van de overgebleven vezels en zich klinisch manifesteren als “peesblessures”.

Therapeutische behandelingen tussen regeneratie en profylaxe onderscheiden

Daarom is het bij de behandeling van dergelijke schade belangrijk om onderscheid te maken tussen het regenereren van de peesstructuur zelf en het implementeren van preventieve maatregelen om verdere schade te voorkomen.

Voor de behandeling van pees- en ligamentschade is het effectief gebleken om paarden niet op stalrust te zetten, maar ze vrij te laten bewegen in een paddock (zonder pijnstillers). Verschillende hooinetten kunnen beweging stimuleren. Het paard moet in het zicht van de andere paarden of samen met een rustig paard staan, en mag niet in een onrustige groep in een loopstal staan waar het gedwongen wordt om te bewegen.

Pijn dient als waarschuwingssignaal van het lichaam en voorkomt dat het paard het been zwaarder belast dan het aankan.

De voortdurende, zachte bewegingsimpulsen helpen de nieuw gevormde vezels zich te richten in de richting van de spanning, waardoor de vorming van littekenweefsel wordt verminderd en de pees veerkrachtiger en elastischer wordt.

Hulp bij het genezingsproces

Genezing kan versneld worden door diatomeeënaarde te voeren en keramische beenbeschermers te gebruiken die de infrarode straling van het weefsel reflecteren, zoals die van CeraTex of Back On Track. Na een periode van wennen kunnen deze ’s nachts gedragen worden, omdat paarden dan minder bewegen en de beschermers de bloedcirculatie verbeteren.

In de ochtend moeten de beschermers uit worden gedaan en kan er op de huid een slangengifzalf worden aangebracht, zoals Horvizym zalf van HorviEnzymed. Het slangengif wordt door de huid opgenomen en veroorzaakt een diepgaande immuunreactie die het genezingsproces versnelt. Op deze manier kan de genezing aanzienlijk worden versneld, waardoor de pees weer kan worden belast.

De tweede stap is het controleren op leverstress. De ontgiftingsfunctie kan worden beoordeeld met een urinetest, bekend als de KPU-test. Vraag een urinebuisje aan bij het laboratorium, vang urine op en laat de indicanwaarde en de kryptopyroliewaarde bepalen.

De indicanwaarde geeft een indicatie van de conditie van de dikke darm. Als er verkeerde fermentatie optreedt in de dikke darm, neemt het lichaam stoffen op die het vervolgens moet afvoeren via de lever en de nieren, wat een nog grotere en vermijdbare belasting vormt.

Verdere stappen

De kryptopyroliewaarde geeft een indicatie van de ontgiftingscapaciteit van de lever. Als deze waarden abnormaal zijn, moet het paard behandeld worden voor cryptopyrrolurie (KPU) om de lever te herstellen naar een normale ontgiftingstoestand.

Het voer moet worden geoptimaliseerd om zetmeel- en suikerhoudend voer (muesli, pellets, haver, wortels, appels, bananen, brood, etc.) te elimineren, evenals ingekuild voer (voordroog, kuilvoer) en “probiotica” zoals melkzuurbacteriën of biergist. Ze dragen allemaal bij aan leverstress en moeten koste wat kost vermeden worden bij zulke paarden.

Voordroog, kuilbalen
Ingekuild voer (voordroog, kuilvoer) bevordert leverstress. © Adobe Stock / Westwind

Naast constante toegang tot mager hooi, mineraalvoer, een liksteen en water, kun je diatomeeënaarde toedienen met geweekte hooibrok.

Controleer training voor spieropbouw en huisvestingssituatie

Om de spierontwikkeling te bevorderen na de genezing van pees- of ligamentbeschadigingen tijdens de eerste trainingsperiode, is het aan te raden om esparcette als eiwitbron te voeren.

Daarnaast moet de huisvestingssituatie worden gecontroleerd op stressbronnen. Zowel een hooggeplaatste als een laaggeplaatste positie in de kudde kan stress veroorzaken, net als een onrustige groep met veel wisselingen en stalling met beperkt sociaal contact. Het bekappen van de hoeven moet worden geoptimaliseerd om het hoefmechanisme zo ongestoord mogelijk te laten werken.

Hoefbeslag met wiggen, platen of inzetstukken beperkt vaak het hoefmechanisme, wat de bloedtoevoer naar de onderste ledematen in gevaar kan brengen en kan leiden tot nieuwe peesblessures. Als alle omgevingsfactoren (voeding, huisvesting, hoefverzorging) in aanmerking worden genomen, kan schade aan pezen of banden doorgaans genezen zonder ernstige gevolgen en zonder chronisch te worden.

DELETE